1 on 1: Stanny, technisch directeur topsport breaking
Stijn (Stanny) Luyten is een B-boy in hart en nieren. Hij is medeoprichter van de internationale wedstrijd Unbreakable en werkt zo’n 15 jaar bij Danssport Vlaanderen op de afdeling breaking. Zo is hij als Technisch Directeur Topsport Breaking nauw betrokken bij de Belgische breakers die zich dit jaar willen kwalificeren voor de Olympische Spelen in Parijs. Daarom blikken we graag met hem vooruit naar komende zomer en naar de toekomst van breaking in België. Tegelijkertijd zal Stanny eind augustus een andere weg inslaan. Dit interview dient dus ook als een mooie terugblik op zijn parcours.
Hoe is jouw passie voor breaking ontstaan?
Als kind was ik altijd zeer actief en kon ik mijn energie kwijt bij acrobatische sportdisciplines. Mijn hobby’s waren turnen en rope skipping, bij een coach die ook enkele breakmoves kende. Verder heb ik mijn passie voor breaking vooral zelf moeten ontdekken. Lessen breaking bestonden bijna niet voor jonge dansers. Daarnaast stam ik uit het pre-internettijdperk, dus ik kon ook geen beroep doen op YouTube-tutorials. Gelukkig bestonden er wel televisiezenders zoals MTV en TMF, die talloze muziekvideo’s uitzonden. Run DMC met It’s Like That bijvoorbeeld is een iconische clip voor mij. Je zag daar B-boys en B-girls battlen. Ik analyseerde de videoclip en probeerde de bewegingen na te bootsen.
Op mijn zestiende ben ik pas echt in de breakingwereld gerold doordat ik op een feestje een aantal moves toonde die opgemerkt werden door enkele B-boys. Van mijn generatie is bijna iedere breaker zo begonnen. Veel andere mogelijkheden waren er niet. De jaren daarna bleef mijn passie voor breaking groeien. Tijdens mijn studententijd - ik deed een Master LO aan de KU Leuven - probeerde ik elke taak of opdracht te linken aan breaking. In het slotwoord van mijn eindverhandeling had ik zelfs voorspeld dat breaking een Olympische discipline zou worden.
En jaren later blijkt dat je gelijkt hebt. Over de Olympische Spelen gesproken, wat is jouw rol als Technisch Directeur Topsport Breaking bij de Olympische Spelen?
Vanuit de federatie is het mijn rol om een goede omkadering te creëren voor de atleten die zich klaarstomen voor de Olympische Spelen. Zo ben ik naast de creator van de visie en het beleid ook de verbinder tussen alle topsport breaking stakeholders en probeer ik zo goed als mogelijk alle neuzen in dezelfde richting te krijgen. Van samenwerken met al deze straffe dansers, coaches en sterke partners als BOIC, Sport Vlaanderen en BDSF heb ik enorm veel geleerd. Daarnaast verzorg ik ook vaak het contact met de media. Tot slot is er een administratief luik dat we met een heel team binnen Danssport Vlaanderen op ons nemen.
Hoeveel kans maakt België op een Olympische medaille voor breaking?
Het worden spannende weken. De kwalificaties voor de Olympische Spelen vallen zeer laat, waardoor we pas begin juli officieel weten of onze Belgische atleten geselecteerd zijn. Er zijn nog twee grote toernooien en afhankelijk van de prestaties, zal een ranking bepalen welke dansers geplaatst worden voor de Olympische Spelen. Het eerste toernooi is in China op 18 en 19 mei en het daaropvolgende toernooi is op 22 juni in Boedapest. Bij deze laatste wedstrijd zal ik aanwezig zijn.
Hoeveel Belgische dansers maken nog kans om deel te nemen aan de Olympische Spelen?
Momenteel komen er vijf dansers in aanmerking voor de Olympische Spelen: Bgirls Madmax en Camine, en Bboys Mighty Jim, Tiro en Cis.
Wat is jouw voorspelling?
Ik schat onze kansen vrij goed in. We hebben best wat talent in huis, dus ik verwacht dat we uiteindelijk met twee dansers op de Olympische Spelen zullen staan.
Hoe sterk is de breaking scene in ons land in vergelijking met andere landen?
België is zeer sterk gegroeid. Ik zeg niet dat we een topland zijn, maar ik durf wel te stellen dat we zeker tot de subtop behoren. Ook hebben we een veelbelovende jeugd en gemotiveerde coaches die ervoor zorgen dat België sterk kan staan naast grote landen als Japan, China, Frankrijk, Nederland,... Bovendien zijn de Belgische dansers die nu aan de top staan, nog lang niet uitgedanst. En dan komt er ook nog eens een getalenteerde generatie aan. Dat kunnen we als danssportfederatie alleen maar aanmoedigen en blijven ondersteunen.
Vertel eens over je carrière bij Danssport Vlaanderen. Hoe ben jij er terechtgekomen?
Dat is een lang verhaal. In ieder geval had ik tijdens mijn studies al ontdekt dat ik, naast zelf dansen en coachen, ook een voorliefde heb voor organiseren. Zo stampte ik mee de breakwedstrijd Unbreakable uit de grond, wat dan vorig jaar uiteindelijk officieel het WK werd. Door nog te blijven coachen en organiseren binnen breaking, heb ik uiteindelijk connectie gemaakt met Sport Vlaanderen en zo zijn we bijna 15 jaar geleden geïntegreerd bij de federatie. Ik ben dan ook trots dat daardoor breaking in Vlaanderen is kunnen groeien.
Je verhaal bij Danssport Vlaanderen stopt eind augustus. Wat brengt de toekomst voor jou?
Ik ben ondertussen papa geworden. Dat vind ik fantastisch. Waar vroeger mijn prioriteit ‘dans’ was, is dat nu ‘papa zijn’ geworden. Daarnaast ben ik verhuisd naar Brugge, wat qua bereikbaarheid niet ideaal is met het kantoor in Turnhout. Het is een moeilijke beslissing geweest, omdat ik altijd zo gepassioneerd met dans bezig was. Eind augustus stopt ook het Olympisch verhaal, want helaas zal breaking geen discipline meer zijn in 2028 in Los Angeles. Dat maakt dat een groot deel van ons team geen werk meer heeft. Ik voelde dat het na deze zomer tijd is om plaats te maken voor de nieuwe generatie binnen de Breaking Vlaanderen, de breaking afdeling van Danssport Vlaanderen.
Het is met pijn in het hart dat ik een groot hoofdstuk in mijn leven afsluit, maar ik blik vooral met veel dankbaarheid en vriendschap terug. Ik wil nu vooral papa zijn en daarnaast ga ik op zoek naar een nieuwe uitdaging in Brugge, binnen het onderwijs of de sport- en kunstsector. Waarschijnlijk zal ik nog wel iets met breaking blijven doen, dat laat ik nooit los. Al zal dat eerder op vrijwillige basis zijn.
Interview & tekst door Elise De Kimpe
